Vorig jaar ontving ik tot mijn grote verrassing een uitnodiging voor het boekenbal. Wat was ik vereerd en wat heb ik genoten van die avond. Ik ben die avond tot het gaatje gegaan omdat ik in de veronderstelling verkeerde dat zoiets je maar eenmalig ten deel viel. Dus toen ik dit jaar een mailtje kreeg van het CPNB dat ik op de wachtlijst voor het boekenbal stond, was ik lichtelijk verbaasd. Ik was toch al geweest?
Hoe dan ook, aan wachten heb je niet zoveel en dus leek het mij tijd voor harde actie. Rauwe kipfilet voeren aan Joost Zwagerman, een rollatorongelukje met meneer Mulisch, Heleen van Royen wurgen met een Marlies Dekkertje, een faillissementsaanvraag voor een willekeurige uitgeverij. Dat alles levert maar zo een paar kaarten op. Man, in mijn fantasie had ik half schrijvend Nederland uitgeroeid.
Maar goed, dat is natuurlijk allemaal strafbaar en voor je het weet sta je op de wachtlijst voor zo’n gebouw met tralies, dus ik besloot geduldig af te wachten.
Het werkte. Er lag opeens een uitnodiging in de bus.
Na enige paniek rondom jurk, panty’s en schoenen was ik er helemaal klaar voor. Mijn entree was fantastisch. Ik kan niet anders zeggen. Op de een of andere manier was mijn sjaal onlosmakelijk vast komen te zitten aan een knoop van mijn jas, waardoor ik halsbrekende toeren moest uithalen om uit mijn jas te komen terwijl de sjaal steeds strakker rond mijn keeltje ging zitten.
Ik werd bevrijd door meneer de Liefste, die er overigens fantastisch uitzag, en werkte daarna zo waardig mogelijk een glas champagne naar binnen. Op mijn veel te hoge hakken zwalkte ik door de krochten van de Stadsschouwburg. Mijn megakitscherige glitterjurk verloor al snel zijn glitters waardoor meneer de Liefste zijn Klein Duimpje geen seconde uit het oog kon verliezen. Follow the Lovertjes.
Op onze speurtocht kwamen we van alles en nog wat tegen. Het motto was Titaantjes, opgroeien in de letteren. En iedereen droeg daar zijn steentje aan bij. Meneer Mulder, die als vanouds alle vrouwen stond af te lebberen omdat hij nu eenmaal niet volwassen wenst te worden. Yvonne Kroonenberg, die echt nog veel kleiner is dan ondergetekende, waardoor ik groeide en me opeens héél groot voelde. En natuurlijk onze Midas Dekkers, die alles weet van groei, bloei, larven en kikkervisjes en die zijn eigen persoonlijke groei enigszins in de weg blijft zitten door maar te blijven grijnzen alsof hij een ééncellig organisme is.
Uiteindelijk zwalkte ik tegen meneer Eppo van Nispen tot Sevenaer aan. De nieuwe directeur van het CPNB. Die had ik nog wel wat te vragen. In een artikel stond dat hij nooit een boek las en ik vroeg me af hoe deze Titaan de letteren van een nieuwe groei-impuls moest gaan voorzien.
Ik heb me blij laten verrassen, wat een aardige nieuwe directeur. Hij leest alles wat los en vast zit en neemt het begrip letteren ruim. Volgens mij heeft ook nog eens een groot hart, dus volgens mij komt het wel goed met het CPNB.
En zo zwalkten Klein Duimpje en meneer de Liefste rond een uurtje of twee weer voldaan richting uitgang.