Signeren. Het is de vreugde en tegelijkertijd de nachtmerrie van elke auteur. Eenzaam zittend aan een tafeltje, terwijl het kooplustige publiek schuin over zijn schouders een blik op je werpt. Je ziet ze denken; wie is dat mens, wat doet ze daar?
De mevrouw van de boekhandel die vraagt of je nog een kopje thee wil en vriendelijk meldt dat er vorige week ook niemand was bij Adriaan van Dis. En je ziet haar denken; waarom nodig ik die schrijvers nog uit?
En dan opeens vanuit het niets komt er iemand naar je tafeltje en begint enthousiast te vertellen dat ze een grote fan is en al je boeken heeft gelezen. Achter haar vormt zich een kleine rij. Een nieuwsgierige vrouw van middelbare leeftijd wil weten wat er gebeurt en schrikt zichtbaar als blijkt dat ik een auteur ben. Nee, boeken koopt ze nooit, ze is meer van het handwerken. En dan verschijnt een vrolijke vader met vier kinderen, die allemaal bij mij op schoot willen. Het rijtje eindigt met een moeder en dochter die allebei graag lezen. Voor je het weet ben je weer een halfuurtje verder.
Ik houd van signeren, ook al komt er helemaal niemand. Ik ben nou eenmaal graag in de boekhandel. Ik voel me een ontzettend rijk mens als ik daar tussen al die boeken zit. Ik vind het gedoe leuk en ik vind het heerlijk om mensen te kijken, maar passief achter een tafeltje zitten, vind ik lastig.
Dus toen mijn uitgever een tour langs de boekhandel voorstelde en vroeg of ik nog ideeën had om dat leuk in te vullen, riep ik dat ik achter de toonbank wilde staan. Een middagje inpakken leek mij veel leuker dan te verdwijnen achter een stapel boeken in een hoekje van de winkel.
Inmiddels ben ik in Oudewater, Hilversum en Schiedam geweest en het is een groot succes. Het is geweldig om je eigen gesigneerde boeken in te pakken en aan enthousiaste mensen te overhandigen. ‘Wilt u een tasje?’
Maar dat is niet de enige reden waarom ik het zo leuk vind. Ik had nooit verwacht dat ik het zo heerlijk zou vinden om boeken in te pakken. Het heeft merkwaardig genoeg een louterende werking. Vooral als het opeens heel erg druk is en je achter elkaar in een vloeiende beweging al die boeken door je handen laat gaan en er mooie papiertjes omheen vouwt.
Ooit in een grijs studentenverleden verdiende ik wat geld bij als promotiemeisje. Een team van vermoeide studentes moest de stad Groningen promoten. We waren nogal wild en altijd in voor een goeie grap en besloten op een dag dat het doelwit van onze foute humor de voorzitter van het promotiegebeuren moest zijn. We namen zijn McDonald’s voor een paar uur over en hebben de beste man uit zijn pand gezet, lieten vervolgens het hele kassasysteem in de soep lopen en gaven de hamburgers gratis weg. Het was een geweldige grap – vonden wij – en doken vervolgens de kroeg in. Het was nog lang onrustig in Groningen.
Zaterdag 23 maart ben ik van 13.00 – 17.00 aanwezig bij Haasbeek Herenhof in Alphen aan den Rijn. Maar ze hoeven zich geen zorgen te maken, ik beloof dat ik me keurig zal gedragen. Het enige wat ik doe is vakkundig in de weg lopen, maar van de kassa blijf ik af. Ik ben mijn wilde haren echt wel kwijt en het promoten van het boek neem ik een stuk serieuzer dan het op de kaart zetten van een stad. Dus kom allemaal zaterdag naar Haasbeek Herenhof om je boek door mij te laten signeren en in te laten pakken. En wie weet…… Een vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn streken….