Ik draag al jaren een bril. Soms lenzen, afhankelijk van mijn humeur. Een tijdje geleden begon het me op te vallen dat ik met mijn bril geen letter meer kon lezen. Dat werd dus bril op, bril af. Kortom, het werd tijd voor de opticien.
Ik had er niet veel zin, want op de een of andere manier had ik het gevoel dat de dreiging van varifocus wel eens heel reëel zou kunnen worden.
Binnen vijf minuten zei de dame van de brillenzaak: ‘Misschien is varifocus’
‘Dat dus nooit,’ bulderde ik meteen. ‘Ik wissel de zwarte leesbril wel af met de paarse computerbril en om het geheel af te maken neem ik wel een rode bril voor veraf, en dan doe ik die hele combi wel over met drie zonnebrillen op sterkte, maar geen varifocus!’
‘Ik wil u eigenlijk onze varifocus lenzen aanraden. Daar hebben we erg goede ervaringen mee. En dankzij het nieuwste materiaal kunnen ook mensen zoals u, droge-ogen-lijders, hele dagen deze lenzen dragen.’
‘O,’ zei ik, enigszins overrompeld.
En dus bestelde ze een proefsetje.
Dat kon ik afgelopen zaterdag afhalen, maar ik kreeg ze niet zomaar mee. Ik moest eerst de lenzen een kwartiertje dragen, waarbij ik de winkel niet mocht verlaten, en daarna moest een en ander uitgebreid gecontroleerd worden. Hier werd elke vorm van aansprakelijkheid in de kiem gesmoord, en dan weet je al hoe laat het is. Ik vermoed dat de eerste varifocus-lenzen-dragers door slecht zicht de weg van opticien naar huis niet zonder ongelukken hebben kunnen overbruggen. Zelf las ik probleemloos een interview met Ferry Mingelen in een of andere glossy, maar alles wat ik in de verte moest waarnemen stond schots en scheef. Controle wees echter uit dat ik het fantastisch deed.
‘Uw hersenen moeten nog even wennen aan deze lenzen.’
‘O, zei ik. ‘Ik kijk dus wel scherp maar mijn hersenen weten dat nog niet.’
‘Precies,’ zei de opticien enthousiast.
‘Dus ik doe gewoon alsof ik scherp zie,’ zei ik, ook enthousiast. ‘Ik houd gewoon mijn hersenen voor de gek.’
‘Mevrouw, ik heb het gevoel dat het met u en de varifocus lenzen helemaal goed gaat komen.’
En dus fietste ik naar huis, fluitend en bijzonder vrolijk. Goh, dit bood perspectief. Het aardse bestaan was helemaal geen tranendal met ellende en gruwelijke dingen. Mijn grijze massa registreerde dan wel allerlei nare toestanden, maar wie waren mijn hersenen nu helemaal? Als ik ze kon wijsmaken dat ik best wel scherp zag, dan kon ik ze toch alles wijsmaken? En dus besloot ik ter plekke dat het leven een speelparadijs was met een ballenbak vol roze ballen.
Toen ik thuiskwam wierp ik een blik in de spiegel om mijn brilloze look te bewonderen. Mijn god, wat een lelijke rotkop. Maar dat dacht ik maar even.
Binnen een paar seconden sprak ik mijn bovenkamer streng toe. Ik was een ongelooflijk lekker ding. Echt, bloedmooi. Dom als mijn hersenen zijn, trapten ze er gewoon in. Ik vond het echt heel verhelderend.
Dus wat ik maar wil zeggen: maak een afspraak bij een opticien en schaf jezelf zo’n setje varifocus lenzen aan. Ik kan het je echt aanraden want van deze varifocus blik op de wereld word je heel erg gelukkig.