Laat ik nu gedacht hebben dat die Baumgartner een dolende ziel was, verstoken van sociale contacten en alleen maar bezig met het bedenken van stunts die spectaculair maar niet bepaald levensverlengend zijn. Niets is minder waar. Baumgartner heeft een vriendin en een moeder die met tranen in haar ogen toekeek hoe haar zoon met een luchtballon omhoog getakeld werd. Ik kan me er iets bij voorstellen. Voor dat soort rare flauwekul zet je geen kind op de wereld.
Nu is het bij ons gebruikelijk dat we in het weekend de agenda voor de volgende week even doornemen. En omdat dit een heel gebruikelijk ritueel is, wat in wel meer gezinnen voorkomt, kan ik me zo voorstellen dat Felix en zijn vriendin ook even de agenda hebben getrokken.
‘Waar ben jij volgende week?’
‘Afhankelijk van het weer laat ik me ergens uit een capsule vallen om vervolgens 36 kilometer naar beneden te storten.’
‘Is dat niet gevaarlijk?’
‘Nee joh, valt reuze mee.’
‘Maar er kan toch van alles gebeuren onderweg?’
‘Oversteken in New York is veel gevaarlijker.’
‘Maar stel dat je flauwvalt en je de parachute niet meer kunt openen? Dan val je voor onze ogen te pletter.’
‘Ach, dat zijn van die doemscenario’s.’
‘En als er een scheurtje in je pak komt. Wat dan?’
‘Dit is nou echt zo’n redenatie die ik niet kan volgen, want waarom zou mijn pak scheuren?’
‘Misschien blijf je ergens aan haken als je uit die capsule springt. Kan toch?’
‘Dat pak is door en door getest. Als daar een gat in komt, dan loop ik het risico dat mijn bloed gaat koken, maar eerlijk gezegd haal jij nu het bloed onder mijn nagels vandaan en ik weet niet wat erger is.’
‘Sorry, Felix, maar ik vind het gewoon eng. Ik wil niet dat je het doet!’
‘Ik ga het toch doen! Er gaat heus niets mis, ik word een held en daarna hebben we goedmaakseks.’
Zo ongeveer ging het in huize Baumgartner, vermoed ik. Bij ons liep het wat anders. Nadat de agenda was vastgesteld kwam zijn vrije val ter sprake. Onze oudste liet weten dat ze die Baumgartner helemaal geen held vond, maar een onbezonnen klootzak. ‘Het zal je vader zijn!’ riep ze boos.
Ik corrigeerde haar uiteraard. Klootzak, wat is dat nou toch voor taalgebruik? Maar stilletjes gaf ik haar gelijk. Gelukkig heeft hij geen kinderen, maar hij heeft wel een vriendin. Goedmaakseks lijkt mij toch echt niet voldoende om de stress van zijn wilde stuntleven te compenseren.